Flora en Fauna

De plantengroei is gevarieerd door de klimaatovergang van continentaal naar mediterraan. De Donau Laagvlakte is met zijn vruchtbare lössgronden belangrijk voor de Bulgaarse landbouw. Dit voornamelijk door cultuurgronden gedomineerd landschap bestaat verder uit graslanden en steppevegetatie. Het Balkan-gebergte is vrij bebost met vooral wilde kastanjes, iepen, eiken, beuken en essen. De Hoog-Balkan en het Pirin-gebergte kennen een alpiene vegetatie.

De Thracische Laagvlakte is zeer groen met in de dalen o.a. wilde appel- en perenbomen. De zuidelijke bergstreken en dan met name het Rodopi-gebergte kennen imposante naaldbossen. In de Maritsavlakte en aan de Zwarte-Zeekust komt mediterrane plantengroei voor. Het totale bosbezit is sinds de middeleeuwen dramatisch geslonken; nog maar 30% van Bulgarije is met bos bedekt, waaronder veel loofwoud.

De dierenwereld behoort tot die van het mediterrane overgangsgebied hetgeen resulteert in een grote soortenrijkdom. Op de hellingen van de beboste bergen komen wilde zwijnen, wolven en beren voor. Bulgarije telt ca. 350 vogelsoorten waarvan er ongeveer 160 voorkomen rond het Srebarna-meer, dat onder bescherming van de UNESCO staat. Ook op de vele eilandjes in de Donau komen vele soorten vogels voor zoals lepelaars, plevieren, futen en zilverreigers.

Op het platteland leven nog tienduizenden ooievaars die in augustus afreizen naar het zuiden. Aan de kust broeden o.a. pelikanen en leven grote kolonies zwaluwen. Zwaluwen komen ook in het binnenland nog veel voor. In een aantal moerassen komen nog vrij talrijk zoetwaterschildpadden voor. Tot de beschermde gebieden behoren vooral de zogenaamde “wetlands” die zeer belangrijk zijn voor broedende en overwinterende vogels. Zeventien gebieden zijn aangewezen als beschermde natuurgebieden en natuurreservaten. Het natuurreservaat Bajuvi Doupki-Djindjeritsa staat, evenals het Srebarna-meer, onder bescherming van de UNESCO.