Geschiedenis

Rome werd volgens een beroemde legende gesticht door de tweeling Romulus en Remus, op 21 april 753 v. Chr. tussen 8 en 9 uur 's morgens. De legende is oorspronkelijk afkomstig van de Romeinse schrijver Marcus Terentius Varro (116-27 v. Chr.). De vroegste geschiedenis is voor een deel in nevelen gehuld. In navolging van de Ilias en Odyssee werd er in opdracht van Gaius Iulius Caesar Octavianus (Augustus) door de dichter Vergilius en de historicus Livius een epos over geschreven.

De legende begint bij de Trojaanse oorlog. Aeneas en zijn zoon vluchtten weg uit het brandende Troje om, zoals de goden hem op hadden gedragen, een nieuw rijk te stichten. Na jarenlang rondzwerven op zee kwamen ze aan in Carthago. Aeneas werd verliefd op Dido, de koningin van Carthago. De goden werden woedend toen ze hoorden dat Aeneas in Carthago bij Dido wilde blijven. Uiteindelijk vertrokken Aeneas en zijn zoon en stichtten de stad Alba Longa. Aeneas kreeg hier ook een paar zonen. Een jongere broer kwam aan de macht. Deze kreeg een dochter, Rhea Silvia. Zij wordt verkracht door de oorlogsgod Mars. Dit is voor haar een doodzonde omdat ze een Vestaalse maagd is (Vestaalse maagden moesten maagd blijven). Ze baarde een tweeling en legde die in een rieten mandje in de rivier. De tweeling werd gevonden door een wolvin, die hen zoogde. Na enige tijd werden ze gevonden door een herder, die hen verder opvoedde alsof het zijn eigen zonen waren. Wanneer ze volwassen waren geworden, trokken ze naar zeven heuvelen bij de Tiber. Samen stichtten zij een stad. Om te weten welke naam de stad moest dragen en of het wel de juiste plaats was, ging elk, samen met een priester, een eigen heuvel op om een teken van de goden te krijgen. Remus zag zes raven en vond dit een geweldig teken. Hij rende naar beneden om tegen iedereen te zeggen wat hij had gezien. Volgens hem moest de stad Reme worden genoemd.

Romulus kwam weliswaar later naar beneden, maar hij had wel twaalf raven gezien. Hij vond daarom dat de stad Rome genoemd moest worden. Ze begonnen een heftige ruzie. Romulus sloeg Remus dood. Rome werd de naam en Romulus de eerste koning. Volgens de legende zouden er nog zes volgen. Tarquinius Superbus zou hiervan de laatste zijn.

Een andere mogelijkheid wordt geboden in een artikel uit het Romeinse dagblad Il Messaggero van 5 mei 2003: In een teruggevonden fragment van de hand van Stesichorus van Himnera (638-555 v. Chr.) beschrijft deze Grieks-Siciliaanse dichter-schrijver hoe een vrouw, Roma genoemd, met haar Trojaanse vloot en een groep metgezellen uit haar door oorlog verscheurde Troje wegvlucht. Na omzwervingen bereiken zij een plek die zo aangenaam is, dat zij besluiten te blijven. Roma laat de schepen verbranden en de groep sticht een stad, die zij naar hun aanvoerster noemen. De Griekse schrijver en historicus Dionysius van Halicarnassus, die omstreeks de tweede helft van de 1ste eeuw v. Chr. leefde, schreef ook over deze historische vrouw, maar noemde haar Rhome hetgeen macht betekent.

Er waren mogelijk meerdere koningen (Reges) aan het begin van de Romeinse geschiedenis, maar waarschijnlijk waren dit zetbazen van de naburige Etrusken, die de bewoners van Latium overheersten. De Romeinen verjoegen deze overheersers (en leermeesters) en stichtten een staat die zij zelf een Res Publica (zaak van het volk) noemden. In plaats van een koning kregen twee jaarlijks gekozen consuls de macht.

Verder was er een raad, de Senaat, waar de belangrijke beslissingen genomen werden en een aantal andere belangrijke hoge ambtenaren, zoals censors en volkstribunen, ieder met hun eigen rechten en plichten die vastgelegd waren in de wet(Lex).